Kosten en belastingen

Veilingkosten en heffingen
Aan een verkoop via de veiling zijn voor de koper kosten verbonden. Aan de koper moet voorafgaand aan de veiling naar beste weten een indicatie worden gegeven van de maximale hoogte van de kosten en heffingen die aan hem in rekening worden gebracht. Raadpleeg daarvoor altijd de veilingwebsite.

Bij executieveiling van een woning geldt er een kostenbeperking voor de koper. Alleen de volgende kosten en heffingen mogen aan de koper worden doorberekend: 

  1. de overdrachtsbelasting en/of omzetbelasting;
  2. het honorarium van de notaris; 
  3. het kadastrale recht en de kosten van kadastrale recherche;
  4. de kosten van ontruiming;
  5. kosten die op grond van de wet aan een koper mogen worden doorberekend, zoals achterstallige servicekosten of erfpachtcanon.

Andere kosten mogen in dat geval niet worden doorberekend. Daarbij maakt het ook geen verschil of de koper van die woning een professionele koper is of een consument-koper. 

Bij veiling van een ander object dan een woning, komen de kosten in het algemeen geheel voor rekening van de koper. Naast de hiervoor vermelde kosten die voor een woning gelden, kunnen aan de koper dan ook in rekening worden gebracht: 

  1. de kosten van doorhaling van de inschrijvingen van hypotheken en beslagen; 
  2. de kosten van advertenties, zaalhuur, website en veilingorganisatie;
  3. de inzetpremie; 
  4. kosten van verzoekschriften;
  5. overige kosten volgens de Bijzondere Veilingvoorwaarden.

Voorafgaand aan de veiling zal de notaris gewoonlijk een opgave verstrekken van de te verwachten kosten en de hoogte daarvan. 

Omzetbelasting (BTW) en overdrachtsbelasting
Tenzij anders staat vermeld in de Bijzondere Veilingvoorwaarden is ter zake van de levering van onroerende zaken over de veiling geen omzetbelasting (BTW) verschuldigd. 

Vrijwel altijd is er overdrachtsbelasting verschuldigd over de koopprijs verhoogd met de zogenaamde “onraadsgelden” (dat is een deel van de door de koper verschuldigde kosten).

De overdrachtsbelasting bedraagt 2% voor tot bewoning bestemde (gedeelten van) objecten en 6% voor alle overige objecten.